7 Tekenen die wijzen op spraakproblemen bij baby's

Spraakproblemen bij baby's zijn in de eerste levensmaanden niet gemakkelijk op te sporen omdat ze nog niet kunnen spreken. Hier zijn de tekenen om op te letten.
7 Tekenen die wijzen op spraakproblemen bij baby's
Ana Couñago

Beoordeeld en goedgekeurd door de psycholoog Ana Couñago.

Geschreven door Redactieteam

Laatste update: 22 november, 2022

Spraakproblemen bij baby’s zijn in de eerste levensmaanden niet gemakkelijk op te sporen. Omdat baby’s nog niet spreken, besteden we gewoonlijk nog niet veel aandacht aan dit aspect. Maar als een jonge baby eindelijk iets gezegd lijkt te hebben, vinden we het heel aantrekkelijk om te denken dat ze begonnen zijn met praten.

De taal van een baby ontwikkelt zich in fasen en dat geldt ook voor spraak. In het geval van taal zie je vanaf de eerste levensmaanden de manieren die ze hebben om ons iets mee te delen. Huilen en oogbewegingen zijn de eerste elementen van taal bij baby’s.

Na verloop van tijd beginnen alle andere componenten van taal en spraak te rijpen in hun hersenen. Hersenen die gevuld zijn met vaardigheden om klanken weer te geven die een duidelijker, meer gedefinieerde en betekenisvolle uitdrukking zullen vormen.

De stadia van taalontwikkeling

Tekenen die wijzen op spraakproblemen bij baby's

De stadia kennen waarin taal zich bij kinderen ontwikkelt, is nuttig zowel om het te stimuleren als om toekomstige problemen op te sporen. Een gezonde baby begint huilen als communicatiemiddel te gebruiken. Als ze eenmaal begrijpen dat ze daar iets door krijgen (je geeft ze troost, voedsel, aandacht, enz.), wordt huilen heel frequent.

Maar baby’s moeten zich zo ontwikkelen dat we weten dat alles in orde is. Huilen is niet genoeg. Baby’s moeten ook de stemmen van de mensen om hen heen kennen en bepaalde geluiden die hen vertrouwd zijn. Door hun evolutie kunnen ze de fonische structuren onderscheiden waaruit de spraak bestaat die ze waarnemen. Zo kunnen baby’s met zes maanden al onderscheiden wat deze structuren zijn.

In die zin is het zo dat wanneer een kind geluiden begint te imiteren, dat is omdat het ze tot op zekere hoogte gehoord en begrepen heeft. Vooruitgang in dit opzicht verloopt echter op een verschillende manier. Het is namelijk afhankelijk van de kenmerken van het kind. In sommige gevallen gebeurt dit zelfs niet.

Door de stadia van taalontwikkeling te herkennen, kunnen zowel ouders als specialisten vaststellen dat een baby het goed doet en de verwachte vooruitgang boekt. Een vertraging of onvermogen om taal adequaat te ontwikkelen kan het gevolg zijn van spraak-, taal-, of gehoorstoornissen (Engelse link).

Taalproblemen zijn gericht op een handicap wat betreft de waarneming van de boodschap en/of de uitdrukking ervan. Deze problemen worden specifiek ingedeeld en hebben de neiging het uiterlijk van de spraak te conditioneren.

Spraakstoornissen daarentegen worden beschreven door de moeite die het kind heeft om klanken correct uit te voeren. Ze gaan gepaard met stotteren of moeilijkheden bij het samenvoegen van vormen.

7 tekenen die je attent maken op mogelijke spraakproblemen

Om vast te stellen of er een probleem is in de juiste ontwikkeling van de spraak bij kinderen, moet je letten op de tekenen die dat aantonen. Naar gelang de leeftijd van het kind, kunnen we spreken van een vertraagde ontwikkeling of van grote problemen.

Om onze kleintjes in deze belangrijke fase efficiënt van dienst te zijn, moeten we dus deze zeven waarschuwingssignalen kennen:

  1. Het kind heeft nog geen minstens vijftig begrijpelijke woorden in zijn woordenschat tegen de tijd dat het vierentwintig maanden oud is.
  2. Ze kunnen de uitspraak van zinnen imiteren maar zijn niet in staat spontaan enige uitdrukking te genereren.
  3. Het kind is in staat geïsoleerde klanken voort te brengen, maar is niet goed in het vormen van woorden.
  4. Ze gebruiken geen tweewoordzinnen, zelfs niet als ze woorden kunnen vormen met de klanken die ze herkennen.
  5. Het kind vermijdt het gebruik van verbindingswoorden in zinnen omdat ze communiceren door vereenvoudiging. Dat wil zeggen, ze gebruiken liever woorden die, op zichzelf, alles uitdrukken wat ze proberen over te brengen.
  6. Het kind heeft problemen met vloeiend spreken, zoals stotteren en onjuiste articulatie van klanken, waar te nemen in volume of stemkwaliteit.
  7. Er zijn geen aanwijzingen voor een stoornis; ze vertonen een goede intellectuele capaciteit, ontwikkelen de motorische vaardigheden naar behoren, en begrijpen normaal.

Deze tekenen worden beschouwd als ze permanent verschijnen bij kinderen tot drie jaar. We kunnen het echter ook over ernstiger gevallen hebben, bijvoorbeeld als ze op vierjarige leeftijd net hun eerste woordjes beginnen te zeggen.

Twee kindjes zitten op de grond

Wat te doen als we mogelijke spraakproblemen vermoeden?

Het is gebruikelijk dat ouders vermoeden dat ons kind spraakproblemen heeft als we merken dat het zich, vergeleken met andere kinderen van hun leeftijd, niet op dezelfde manier uitdrukt. Niet alle kinderen zijn dus hetzelfde. Maar het is belangrijk een specialist te raadplegen als deze factor gecombineerd wordt met een van de eerder genoemde tekenen.

Het is normaal dat sommige kinderen een late ontwikkeling vertonen, wat inhoudt dat hun eerste woorden later komen dan verwacht. Ze kunnen zich echter gunstig ontwikkelen en de rest van hun leven normaal taal kunnen gebruiken.


Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.


  • Vas, M. (2009) “Mi niño no habla bien. Guía para conocer y solucionar los problemas del lenguaje infantil”
  • Coll-Florit, M., Vila-Rovira, G. et al. (2014) “Trastornos del habla y de la voz”
  • Fernández Martín, M., Arce Calvo, T. , Moreno Molina, J. A (2014) “Escuchemos el lenguaje del niño: normalidad versus signos de alerta”

Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.