Afwijkingen in de navel van een pasgeborene

Afwijkingen aan de navel van een pasgeborene zijn zeldzaam, maar moeten onmiddellijk door de kinderarts beoordeeld worden. Leer meer in het volgende artikel.
Afwijkingen in de navel van een pasgeborene
Leidy Mora Molina

Beoordeeld en goedgekeurd door de verpleegkundige Leidy Mora Molina.

Geschreven door Leidy Mora Molina

Laatste update: 22 december, 2022

De navelstreng is de structuur die de baby tijdens de zwangerschap met zijn moeder verbindt en hem in staat stelt in de baarmoeder gevoed en van zuurstof voorzien te worden. Bij de geboorte wordt deze lichamelijke vereniging verbroken en later maakt een litteken plaats voor de navel die we allemaal kennen. Maar wist je dat er ook enkele afwijkingen aan de navel van een pasgeborene kunnen ontstaan?

In de periode van opdrogen en afvallen van het overgebleven stompje van de navelstreng kunnen ongemakken ontstaan, waarvan sommige mogelijk ernstig zijn. Daarom willen we het vandaag met je hebben over afwijkingen aan de navel van een pasgeborene, zodat je ze herkent en weet hoe je moet handelen als je ze ontdekt.

Afwijkingen in de navel van een pasgeborene

1. Vertraagde loslating van de navelstreng

Gewoonlijk droogt het stompje (of overblijfsel) van de navelstreng op en valt af binnen 7 tot 10 dagen na de geboorte. Als dit proces echter langer duurt en het meer dan 15 dagen duurt voor het loskomt, spreekt men van een vertraagde navelstrengscheiding (Spaanse link).

Bij baby’s zonder onderliggende ziekte kan dit verschijnsel te maken hebben met wat ontoereikende hygiënepraktijken. Of met een verandering in de aanhechting van witte bloedcellen. Dit laatste is op zich geen probleem, maar de evaluatie door de kinderarts is essentieel.

Andere keren maakt een vertraagde navelstrengscheiding deel uit van een reeks klinische manifestaties van een ziekte, zoals congenitale hypothyreoïdie.

2. Navelbreuk

Afwijkingen in de navel van een pasgeborene
Een navelbreuk, of hernia umbilicalis, kun je voortdurend zien of bij veranderingen in positie of stress. In het algemeen brengt dit geen complicaties voor de gezondheid van de baby met zich mee.

Een navelbreuk is een opening in de buikwand die ontstaat als gevolg van een defect in de sluiting van de navelring. Hierdoor steken sommige buikorganen en weefsels uit de holte, door het genoemde gat. Ze worden alleen door de huid bedekt.

De grootte van hernia’s is variabel. Bij sommige baby’s wordt de uitstulping zichtbaar bij inspanning (hoesten, huilen, of defecatie). Men ontdekt het meestal tussen de tweede en derde levensweek nadat het stompje is afgevallen.

Als de hernia erg groot is en alleen bedekt wordt door een heel dun, doorzichtig laagje weefsel, heet het een omphalocele.

Naar schatting sluiten 8 van de 10 navelhernia’s vanzelf vóór de leeftijd van 4 jaar. Als dit niet gebeurt, kan een operatieve sluiting nodig zijn, afhankelijk van het geval.

3. Omfalitis

Omfalitis is de infectie van de navelstreng. Dit is een mogelijk ernstige gezondheidstoestand, die meestal pasgeborenen in de eerste week van hun leven treft. Het heeft meestal milde symptomen. Maar als het niet op tijd behandeld wordt, kan het erger worden. Dit gebeurt omdat de pasgeborene niet de nodige afweerstoffen heeft om met microben om te gaan.

De eerste oorzaak van omfalitis is de kolonisatie van bacteriën in de stomp van de navelstreng, een product van slechte hygiëne tijdens het verschonen van luiers of het verzorgen van de navelstreng. De meest betrokken kiemen zijn Staphylococcus aureus (die op de huid leeft) en Escherichia coli (die de darmflora vormt).

Tekenen en symptomen van deze aandoening zijn:

  • Roodheid en zwelling van de huid rond de navel.
  • Pijn en warmte bij aanraking.
  • Passage van een vies ruikende, gelige afscheiding door de navelstreng.

De behandeling van omfalitis berust op het gebruik van antibiotica om de bacteriën die de ziekte veroorzaken te elimineren. Dit naast maatregelen om de symptomen onder controle te houden, zoals pijnstillers en koortsverlagers.

4. De navel van een pasgeborene: navelgranuloom

Een navelgranuloom is een andere van de anomalieën die in de navel van de pasgeborene kunnen voorkomen. Dit ontstaat als gevolg van overmatige groei van littekenweefsel na het losmaken van de navelstreng.

Het vertoont zich als een klein, roodachtig, glanzend knobbeltje in de littekenzone. In het algemeen meet het tussen 0,5 en 1 cm in doorsnee en doet het geen pijn.

Om deze aandoening te behandelen kun je je toevlucht nemen tot het aanbrengen van zilvernitraat. Dit is een oplossing die het herstel van het aangetaste weefsel bevordert. Na deze ingreep moet je vervolgens gedurende een week dagelijks wondverzorging uitvoereng met een 70% alcoholoplossing.

5. Navelpoliep

Deze aandoening wordt vaak verward met een navelgranuloom, hoewel er in dit geval een persistentie van de omphalomesenterische ductus binnen het defect is. Omdat deze structuur na de geboorte volledig gesloten moet worden, is voor een navelpoliep meestal een operatie nodig.

Een ontstoken navelstreng
De navelstreng is meestal eerst witachtig en wordt dan donker en droog. De omringende huid moet er hetzelfde uit blijven zien als de rest van de buik.

Controleer elke dag de conditie van de navel van je pasgeborene

Zoals je gezien hebt, kan de navel van een pasgeborene ook ziek worden. Daarom is het belangrijk hem dagelijks te beoordelen, bij elke luierwissel, om eventuele atypische trekjes op te sporen.

Tegelijkertijd is het essentieel te zorgen voor een goede hygiëne bij het baden van het kind en bij het genezen van de navelstreng, om complicaties te voorkomen.

Bij het waarnemen van een vertraging in de genezing van de navelstreng, roodheid in de huid die de navelstreng omgeeft, of een knobbel in het navellitteken, is snelle evaluatie door de kinderarts dus aan te bevelen.


Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.


  • Araneda, L. y cols (2015). Patología del ombligo. Revista Pediatría Electrónica. Vol 12, N° 1. ISSN 0718-0918.
  • Asociación española de pediatría (2008). Patología Umbilical Frecuente. Protocolos Diagnóstico Terapeúticos de la AEP: Neonatología. Recuperado de: https://www.aeped.es/sites/default/files/documentos/41.pdf
  • García, A y cols (2019) Patología del área umbilical. Medicina clínica pediátrica. Vol 2, Nº 6, pp. 105-108.
  • Novoa, A. (2004) El pediatra ante un lactante con caída tardía del cordón umbilical. Archivos argentinos de pediatría. Vol. 102 Nº Jul./jun. 2004. Disponible en: http://www.scielo.org.ar/scielo.php?script=sci_arttext&pid=S0325-00752004000300009#:~:text=Se%20considera%20ca%C3%ADda%20tard%C3%ADa%20del,de%20irrigaci%C3%B3n%20y%20la%20necrosis.

Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.