Basale stimulatie: wat is het en hoe pas je het toe?
De ontwikkeling van de hersenen van kinderen wordt bepaald door de kwantiteit en kwaliteit van de prikkels die ze waarnemen. Om deze reden is sensorische stimulatie belangrijk bij zuigelingen, vooral bij kinderen met een of andere handicap. Er zijn verschillende manieren zijn om multisensorische stimulatie uit te voeren. We zullen ons in dit artikel echter concentreren op basale stimulatie.
Wat is basale stimulatie?
In de jaren zeventig creëerde Andreas Fröhlich basale stimulatie met de bedoeling de integrale ontwikkeling van mensen met een handicap te ondersteunen, begeleiden en faciliteren.
Het woord ‘basaal’ verwijst naar het bieden van een fundamentele basis, maar tegelijkertijd zonder voorwaarden. Tegelijkertijd verwijst het concept van ‘stimulatie’ naar de activiteit van het geven van zeer eenvoudige stimuli aan het kind om het geïnteresseerd te maken in zichzelf, in anderen en in de omgeving om hem heen.
Daarom kunnen we zeggen dat basale stimulatie een model van psychopedagogische interventie is dat de mogelijkheid biedt tot interactie. Het biedt ook een persoonlijke benadering, wanneer er blijkbaar problemen zijn met communicatieve en mentale functies.
Modulerende principes
Volgens sociaal pedagoog Carlos Luis Pérez is er een reeks modulerende principes die dit interventiemodel beheersen:
- Het principe van structuur. Er is een reeks ritmes die het hele leven van een persoon markeren, die ons een bepaalde structuur bieden. Het meest directe is het biologische ritme, zoals de ademhaling of het kloppen van het hart.
- Het contrastprincipe. Dit is aanwezig op alle vlakken wat de mens betreft (beweging-stilte, geluid-stilte, communicatie-afstand, licht-donker). Het ervaren van contrasterende situaties verbreedt en verrijkt vervolgens de ervaringen van het kind.
- Het principe van balans: de professional presenteert situaties op een gestructureerde manier en zorgt vervolgens voor contrasterende ervaringen in een evenwichtige fysieke en sociale omgeving.
- Het principe van symmetrie: het kind moet ervaringen hebben die zich aanpassen aan zijn fysieke zelf. Het kind moet bijvoorbeeld een zo volledig mogelijk beeld van zijn lichaam krijgen.
- Persoonlijke interactie: de professional die de basale stimulatie uitvoert, moet gemotiveerd en betrokken zijn en een positieve houding ten opzichte van de interventie aan de dag leggen.
- Het principe van latentie: bij de interventie is het belangrijk om door middel van basale stimulatie pauzes in te voeren zodat het kind in zijn eigen tempo kan reageren. Het is van cruciaal belang om geduld te hebben tijdens het wachten op de reactie.
- Naturalisatie: ontwikkeling als natuurlijk proces vindt niet gesegmenteerd plaats, maar globaal. Het kind reguleert zijn gedrag wanneer het prikkels moet selecteren. Interventie moet het kind helpen deze zelfregulering uit te voeren.
- Individualisering : tot slot moet basale stimulatie gebaseerd zijn op de individuele geschiedenis en achtergrond van het kind. Daarbij is het belangrijk om een gepersonaliseerde en gespecialiseerde interventie toe te passen, rekening houdend met de uitdagingen en noden van het kind in kwestie.
Over de belangrijkste interventiegebieden bij basale stimulatie
Het is belangrijk op te merken dat er bij basale stimulatie drie basisinterventiegebieden zijn:
- Somatisch: dit verwijst naar het vermogen om met het hele lichaam te voelen via de huid.
- Vestibulair : het ervaren van zwaartekracht en positie in de ruimte behoort tot de basisbehoeften van de mens. Het helpt namelijk om evenwicht te verzekeren en het zicht te coördineren.
- Trillend : tot slot helpt dit kinderen de binnenkant van hun eigen lichaam te voelen door trillingsgolven. Daarnaast helpt het de stem te gebruiken voor trillingsoverdracht die kan worden begrepen als een brug naar gehoor.
Kortom, deze drie gebieden vormen de basis voor een goede ontwikkeling van de andere zintuigen. Tegelijkertijd zijn ze er nauw mee verbonden. Vanuit deze gebieden kunnen we zinvolle en gestructureerde activiteiten voorstellen, zodat kinderen hun eigen lichaam kunnen voelen, hun eigen identiteit kunnen ontwikkelen en een relatie kunnen aangaan met anderen en met de omgeving om hen heen.
Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.
- Duch, R. y Pérez, C. (1995). La atención a los alumnos plurideficientes profundos: aportaciones desde el modelo de estimulación basal. En L. Arbea et al. (Ed.), La atención a alumnos con necesidades educativas graves y permanentes. Pamplona: Gobierno de Navarra, Departamento de Educación, Cultura, Deporte y Juventud.
- Roller, B. (1999). La estimulación basal y la importancia de la comunicación para el proceso de la individuación. Barcelona: Editorial Balmes II.