De verschillen tussen ADHD en autisme
Komen tot de diagnose autisme of ADHD kan heel moeilijk zijn. Allereerst omdat het een grondig gedragsonderzoek vereist, dat zeer complex is, vooral in het geval van kinderen. Daarom is het belangrijk om hen in de loop van de tijd in verschillende situaties en contexten te observeren. Ten tweede, omdat veel symptomen en tekenen tussen beide stoornissen samenvallen, is het ingewikkeld om meteen een eenduidig antwoord te hebben. Laten we daarom eens kijken naar enkele verschillen tussen ADHD en autisme.
Wat is ADHD
Attention Deficit Disorder, met of zonder hyperactiviteit (ADHD), is een neurologische ontwikkelingsstoornis die gekenmerkt wordt door een tekort aan uitvoerende hersenfuncties. Dat wil zeggen, functies die onder andere organisatie, aandacht, concentratie, planning en impulscontrole mogelijk maken.
Kinderen met ADHD kunnen een aantal gedragingen vertonen zoals de volgende:
- Moeite met het afmaken van een taak.
- Slecht tijdbeheer.
- Extreme rusteloosheid.
- Frequente vergeetachtigheid.
- Ze voeren impulsieve handelingen uit.
- Moeite met het richten van de aandacht.
- Een gebrek aan zelfbeheersing.
Wat is autisme
Autismespectrumstoornissen (ASS) verwijzen naar een reeks neurologische ontwikkelingsstoornissen die zich uiten door moeilijkheden met betrekking tot taal en communicatie, sociale vaardigheden en denken. Ook hebben kinderen met ASS vaak stereotiep gedrag en beperkte interesses.
Ken de belangrijkste verschillen tussen ADHD en autisme
Hoewel ze enkele kenmerken gemeen kunnen hebben, zijn het twee verschillende ontwikkelingsstoornissen. Ze komen echter vaak tegelijkertijd voor (comorbiditeit genoemd – Spaanse link)
Hier zijn de belangrijkste verschillen. Blijf lezen!
Taalproblemen bij ADHD en autisme
Bij autismespectrumstoornissen kunnen mensen stoornissen hebben betreffende de taalontwikkeling, zowel uitgebreid als expressief, en betreffende de sociale communicatie. Veel van deze kinderen kunnen sommige ideeën of behoeften verwoorden, maar hebben niet altijd de vaardigheden om vloeiend met anderen te communiceren. Dit is niet kenmerkend of typisch voor ADHD.
Stereotypieën
Kinderen met ASS houden vaak wat repetitieve bewegingen, of ‘stims’, die kunnen variëren van wapperen met hun handen tot tikken met hun voeten. Hoewel kinderen met ADHD zeer hyper kinetisch zijn, hebben ze meestal geen stereotypieën.
Gedragscrises bij ADHD en autisme
Storende gedragscrises worden vaak veroorzaakt door de problemen met het verwerken van zintuiglijke prikkels die veel jonge kinderen met ASS hebben. Kinderen met auditieve overgevoeligheid kunnen bijvoorbeeld overweldigd raken op een verjaardagsfeestje.
Kinderen met ADHD daarentegen hebben vaker uitbarstingen, die meestal te maken hebben met frustratie en het onvermogen om impulsen te beheersen en niet met visuele, auditieve of tactiele prikkels in de omgeving.
Tekortkomingen in sociale vaardigheden
Hoewel beide aandoeningen moeilijkheden opleveren met betrekking tot sociale vaardigheden, weten kinderen met autisme misschien niet hoe ze met anderen moeten omgaan. Ze zijn niet in staat hun intenties te interpreteren of daarop te anticiperen. Dat beperkt uiteindelijk hun vermogen om met leeftijdsgenoten om te gaan. Bovendien vermijden deze jonge kinderen vaak oogcontact. Dat belemmert de communicatie-uitwisseling nog meer.
Kinderen met ADHD hebben beperkingen die te maken hebben met impulsiviteit. Soms doen of zeggen ze dingen zonder na te denken door een gebrek aan impulscontrole, en belanden ze in de persoonlijke ruimte van anderen. Ze zijn echter wel in staat om een interactie te initiëren en een gesprek te voeren.
Flexibiliteit naar verandering
Kinderen met ASS worden gestoord door veranderingen in hun routine en zijn zeer inflexibel bij nieuwe suggesties.
Kinderen met ADHD hebben daarentegen moeite om bepaalde routines aan te nemen en vol te houden, door problemen met planning en impulscontrole.
Doorzettingsvermogen
Een kind met ADHD heeft ernstige problemen met het beginnen en afmaken van een activiteit, terwijl iemand met autisme zich bijna obsessief inzet om zijn doelen te bereiken.
Twee centrale punten die het verschil tussen ADHD en autisme markeren
Samengevat hebben ADHD en autisme, zoals in een onderzoek (Spaanse link) naar voren kwam, veel verschillen en overeenkomsten. Wat het eerste betreft, zijn er twee centrale punten waar het aandachtspunt ligt:
- Als we de executieve functies afzonderlijk analyseren (in hun verschillende componenten), suggereren deskundigen dat mensen met ADHD moeilijkheden zullen vertonen met inhibitie. Aan de andere kant zullen mensen met ASS moeilijkheden vertonen in planning en flexibiliteit.
- De belangrijkste verschillen worden verklaard door ‘theory of mind’. Dat is het vermogen om de bedoelingen of gedachten van anderen toe te schrijven of te interpreteren zonder het gebruik van woorden. Kinderen met ASS ondervinden grotere moeilijkheden bij het ‘lezen van de gedachten’ van anderen en vertonen een primair tekort in sociale oriëntatie, een aspect dat bij kinderen met ADHD behouden blijft.
Nauwkeurige diagnoses en adequate hulpmiddelen
Voor een juiste interventie is het tijdig komen tot de juiste diagnose essentieel. Het is belangrijk om te kunnen bepalen wat er mis is met het kind op basis van wat het uitdrukt, zijn gedrag, en wat leerkrachten, ouders en professionals kunnen waarnemen.
Als je het gevoel hebt dat iets niet gaat zoals verwacht, kun je het beste zo snel mogelijk overleggen met deskundigen. Alleen dan kunnen we de meest geschikte zorg bieden.
Als een kind bijvoorbeeld ongediagnosticeerde ADHD heeft, wordt het vaak bestempeld als ongemanierd of zich misdragend. Om die reden wordt een stigma gecreëerd over iemand die een stoornis heeft en die een ander soort hulp nodig heeft.
In dit verband is het belangrijk om kinderen te beoordelen met hun eigen uniciteit, kenmerken en signalen in gedachten. Daarbij moeten we ook rekening houden met de omstandigheden in hun omgeving.
Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.
- Rico-Moreno, Jennifer, & Tárraga-Mínguez, Raúl. (2016). Comorbilidad de TEA y TDAH: revisión sistemática de los avances en investigación. Anales de Psicología, 32(3), 810-819. https://dx.doi.org/10.6018/analesps.32.3.217031
- Proal, E., Olvera, J. G., Blancas, Á. S., Chalita, P. J., & Castellanos, F. X. (2013). Neurobiología del autismo y TDAH mediante técnicas de neuroimagen: divergencias y convergencias. Revista de neurología, 57(0 1), S163.
- Miranda-Casas A, Baixauli-Fortea I, Colomer-Diago C, Roselló-Miranda B. Autismo y trastorno por déficit de atención/hiperactividad: convergencias y divergencias en el funcionamiento ejecutivo y la
teoría de la mente. Rev Neurol 2013; 57 (Supl 1): S177-84.